Hoe Ívarr hinn beinlausi aan zijn bijnaam kwam

Iedereen kent hem wel, Ivar de Beenloze (Oudnoors: Ívarr hinn beinlausi). Koning van de Noormannen in Engeland, veroveraar van York, een van de zonen van Ragnar Lodbrok. Maar hoe kwam hij nu eigenlijk aan zijn naam?

Alex Høgh Andersen als Ivar Ragnarson in de History Channel tv reeks “Vikings”

Enkele gangbare theorieën

De meest verspreidde uitleg is dat Ivar aan een beenderziekte zou geleden hebben, met name osteogenesis imperfecta. Deze genetische aandoening heeft als symptomen, onder andere, een groot hoofd, overbeweeglijke gewrichten en een broze botstructuur. Deze theorie wordt ondersteund door de berichtgeving over het Grote Heidense Leger, waarin vermeld wordt dat Ivar op een schild over het slagveld werd gedragen. Dit was voor de Engelsen het bewijs dat hij niet in staat was zelf te lopen.
Deze theorie kunnen we evenwel snel onderuit halen. Het is zeer onwaarschijnlijk dat een volk op krijgerspad zich zou bezig houden met het ronddragen van een kwetsbaar persoon die niet eens zelf kan lopen en bij de minste schok een bot breekt. Iemand met deze aandoening zou reeds als kind voor dood achtergelaten worden.
Het ronddragen op een schild vinden we ook terug in andere bronnen. De overwinnaar van een veldslag werd vaak op een schild van de verslagen vijand over het slagveld rondgedragen als ceremoniële bevestiging van de overwinning. De Engelsen waren ongetwijfeld niet op de hoogte van dit gebruik, en lazen het als een teken van onmacht.

Een andere theorie is dat “beenloos” een eufemisme is voor erectieproblemen of impotentie. Aangezien zijn kleinkinderen over Ierland regeerden en Ivar de stamvader is van een belangrijke dynastie, kan deze interpretatie ook snel van tafel gevaagd worden.

Tot slot is er de theorie dat hij zijn bijnaam verdiende door zeer flexibel en behendig te zijn op het slagveld. Door de manier waarop hij vijandige wapens kon ontwijken, leek het alsof hij “geen beenderen” had, en als een stuk rubber over het slagveld struinde. Dit is uiteraard onmogelijk te bevestigen, maar het lijkt me ook wat vergezocht…

Wat zeggen de bronnen?

Maar hoe kwam hij dan wél aan zijn bijnaam? Hiervoor moeten we starten met te onderzoeken waar, wanneer en door wie hij beenloos genoemd werd.

De Scandinavische bronnen
Háttalykill inn forni [ca. 1155]

Het gedicht Háttalykill inn forni beschrijft Ivar als sóknfúss enn beinlaudi (vert.: zonder beenderen). Deze tekst werd waarschijnlijk in de 12de eeuw gecomponeerd (ca. 1155), hoewel de oudste overgebleven bron (Codex Wormianus) slechts 2 eeuwen later neergeschreven werd. De reden voor deze vreemde aandoening wordt uitgelegd als een vloek die Ragnar’s vrouw Áslaug uitsprak. Zij wilde namelijk dat haar kersverse man 3 dagen en 3 nachten zou wachten om het huwelijk te consumeren. Indien hij deze wens niet respecteerde, zou ze hun eerste kind vervloeken. Ragnar vergreep zich uiteraard te vroeg aan zijn vrouw, en 9 maanden later werd een zoon geboren met enkel kraakbeen in plaats van botten.

Chronicon Roskildense [ca. 1138]

Eenzelfde variant van dit verhaal wordt ook beschreven in de Chronicon Roskildense, dat zo’n vijftien jaar vroeger wordt gedateerd (ca. 1138). Daar schrijft een Deense klerk “Ex tempore collectis [suis] rex crudelissimus Normannorum Ywar, filius Lothpardi, quem ferunt ossibus caruisse, … aquilonis gentibus” (vert.: In die tijd regeerde Ywar, the wreedste koning van de Noormannen, waarvan gezegd werd dat hij geen beenderen had, … over het volk). De schrijver nam veel van de namen en gebeurtenissen uit de boeken van Adam van Bremen (zie hieronder). Gertz, die in 1917 een uitgave van de Chronicon Roskildense samenstelde, argumenteert dat hij ook additionele informatie haalde bij andere Engelse/Angelsaksische schrijvers, waarvan er meerder in Denemarken verbleven in die tijd.

Ragnars saga loðbrókar [ca. 1200]

Het boek Ragnars saga loðbrókar (Het verhaal van Ragnar Lodbrok), geschreven omstreeks 1200 en gebaseerd op onder andere de Deense Geschiedenis van Saxo Grammaticus en Adam van Bremen, schrijft bij de geboorte van Ivar: En sá sveinn var beinlauss ok sem brjósk væri þar, sem bein skyldu vera (vert.: en zo was hij beenloos, en had hij kraakbeen waar zijn beenderen moesten zijn).
Verderop in hetzelfde boek wordt de wreedheid van Ivar vermeld, en tevens de basis van de theorie die zijn bijnaam linkt aan potentieproblemen: Ívarr inn beinlausi var lengi konungr í Englandi. Hann átti ekki barn, því at hann var svá skapaðr, at honum fylgdi engi girnd né ást, en eigi skorti hann spekt eða grimmd (vert.: Ivar de Beenloze was lange tijd koning van Engeland. Hij had geen kinderen, door hoe hij was: zonder lust of liefde, hij was enkel sluw en wreed).

Ragnarssona þáttr [ca. 1600]

De Ijslandse schrijver Arngrímur Jónsson hinn lærði schreef in de 17de eeuw een Latijnse transcriptie van delen van de Skjǫldunga saga. Een van de teksten, Ragnarssona þáttr (Het verhaal van de zonen van Ragnar), vertelt het volgende over Ivar: “Ivarus exos manus tantum ossibus praeditas habuisse fertur, caetera exos” (vert.: er wordt gezegd dat Ivar slechts in een hand beenderen had, en voor de rest beenloos was).

De Angelsaksiche bronnen
Vita Ælfredi regis Angul Saxonum [ca. 893]

Hoewel het geen rechtstreekse vermelding van Ivar bevat, geef ik als starter graag mee dat de Welshe monnik Asher in zijn Vita Ælfredi regis Angul Saxonum (ca. 893) onder het jaar 871 melding maakt van het Grote Heidense Leger, dat hij omschrijft als exosae memoriae Paganorum exercitus (vert.: het leger der heidenen, dat vol haat wordt herinnerd).

Passio Sancti Eadmundi [ca. 985]

In het jaar 869 werd Edmund, koning van East-Anglia, op wreedaardige wijze vermoord door de Noormannen. In zijn Passio Sancti Eadmundi, een biografie van Edmund die na zijn marteldood heilig werd verklaard, schreef Abbo de Fleury het volgende (merk op dat Ivar geen enkele keer “beenloos” genoemd wordt):

Hyngwar (Ivar) in een 15de-eeuwse Oud-Engelse vertaling van de Passio Sancti Eadmundi [Harley MS 2278]

(V) Fuit autem idem adversarius Hinguar vocabulo dictus, qui cum altero, Hubba nomine, eiusdem perversitatis homine (vert.: Deze tegenstander stond bekend onder de naam Ivar; hij kwam met een andere die Ubbe genoemd werd, en even pervers was).
(V) Hinguar reliquit ibi crudelitatis socium (vert.: Ivar liet daar zijn bondgenoot in wreedheden achter)
(VI) Terra marique metuendus dominus noster Hinguar, rex invictissimus (vert.: Onze meester Ivar, onoverwinnelijke koning, de schrik van land en zee).
(IX) Tunc conversus ad eum qui de conditione regni locuturus ab impiissimo Hinguar fuerat missus (vert.: vervolgens richtte hij zich tot de boodschapper die door de wrede Ivar was gezonden).
(X) Hinguar furcifer (vert.: de schurk Ivar).

Chronicon ex chronicis [ca. 1100]

In zijn Chronicon ex chronicis, een wereldgeschiedenis die de periode van de creatie van de wereld tot het jaar 1140 omvat, omschrijft Florence of Worcester Ivar as paganissimus. Het boek werd gestart in de tweede helft van de 11de eeuw, en werd na de dood van Florence in 1118 voortgezet door andere monniken.

Andere bronnen
Gesta Hammaburgensis ecclesiae pontificium [ca. 1088 – naar de Gesta Francorum]

De Duitse schrijver Adam von Bremen schreef omstreeks 1088 in zijn Gesta Hammaburgensis ecclesiae pontificium dat: “Crudelissimus omnium fuit Inguar, filius Lodparchi, quid christianos ubique per supplicia necavit. Scriptum est in Gestis Francorum” (vert.: van alle [Noormannen] wass Ivar, zoon van Lodparchus, de meest verschrikkelijke). Hij vermeldt hierbij zijn bron: een ons verder onbekende geschiedenis van Frankrijk, genaamd Gesta Francorum.

Annála Uladh [ca. 1489 – opgesteld naar oudere bronnen]

De Annála Uladh (Annals of Ulster), een geschiedenis van een deel van Ierland die in de 15de eeuw werd opgesteld aan de hand van originele teksten, vermeldt voor het jaar 934 “Gothfrith Ua hImair rex crudelissimus Nordmannorum dolore mortus est” (vert.: Godfried, kleinzoon van Ivar de verschrikkelijke koning van de Noormannen, sterft aan een ziekte). Er wordt aangenomen dat deze tekst gebaseerd is op het nu verloren gegane vervolg van de Chronicle of Ireland, een verzameling dagtekeningen van de kerk die tot het jaar 911 bewaard gebleven is.

Conclusie

We weten dat de Noorse sagas in het begin niet werden opgeschreven. De eerste geschreven vermeldingen van Ivar moeten we in het buitenland zoeken. Deze voornamelijk Latijnse bronnen beschreven hem steevast als wreed, goddeloos of onoverwinnelijk. Geen enkele keer komt de vermelding “beenloos” tevoorschijn. Het is zeer aannemelijk dat een van die bronnen die hem exosus noemde, “de gehate”, in Scandinavië terecht kwam en daar door de Denen verkeerd gekopieerd, of verkeerd gelezen werd. Het woord exosus, wreed of gehaat, kon worden afgekort tot exos. Dit woord betekent echter ook “zonder bot”. Deze foutieve lezing heeft zich halverwege de 12de eeuw een weg gebaand in de Noordelijke literaire traditie, waar het (verkeerd) vertaald werd met beinlausi (beenloos) en zo werd opgenomen in de sagas, die toen voor het eerst werden neergeschreven na eeuwenlange mondelinge overlevering. En plots is Ivar zijn benen kwijt…

Toemaatje

Een recente ontdekking voegt nog iets toe aan de weerlegging van de populairste theorie, die van de ziekte.

Graf van een viking krijgsheer uit de late 9de eeuw, opgegraven in Repton waar het Grote Heidense Leger overwinterde in 873-874. Het lichaam vertoont verscheidene zware wonden aan het hoofd en de benen. (foto: Martin Biddle)

Tijdens opgravingen door Oxford University in het kerkhof van St Wystan’s un Repton, Derbyshire, werd een vikinggraf ontdekt. 249 lichamen werden opgegraven, waaronder 50 vrouwen en vele jonge, sterke mannen. Het graf werd dankzij koolstofdatering geplaatst in de periode 873-885. We weten dat het Grote Heidense Leger in 873-874 overwinterde in Repton, en dat velen, waaronder Ivar, er stierven aan een ziekte. Een gedetailleerd onderzoek van de isotopen in de beenderen, bevestigden ook dat ze leefden op een dieet van voornamelijk vis en schapenvlees. Het graf is dus met relatief grote zekerheid een overblijfsel van het Grote Heidense Leger.

In het midden van de begraafplaats, werd een graf gevonden van een ongeveer 45-jarige man, begraven als een belangrijk krijgsheer met verscheidene grafgiften, een zwaard, en een everzwijnslagtand tussen zijn benen. Onderzoek wees uit dat de man op brutale wijze aan zijn einde kwam. Twee hoofdwonden werden veroorzaakt door speren, een spoor op zijn rug duidt er op dat na zijn dood zijn ingewanden werden weggesneden, en een zware klap in zijn zij maakte zo’n diepe snede dat zijn geslachtsorganen er door werden weggesneden. Aangezien een lichaam pas in Walhalla terechtkomt wanneer het volledig is, werd de ontbrekende penis waarschijnlijk vervangen door de tand bij de begrafenis. Er zijn ook steekwonden gevonden in zijn armen, kaak en dijbeen, en zijn beide voeten zijn van teen tot hiel in tweeën gekliefd.

Het is uiteraard zeer aanlokkelijk om te denken dat dit het lichaam van Ivar kan zijn. Als dat zo is, zijn we meteen zeker dat deze grote, sterke man zeker niet leed aan osteogenesis imperfecta.

2 thoughts on “Hoe Ívarr hinn beinlausi aan zijn bijnaam kwam

  • 06 mei 2023 at 00:18
    Permalink

    De theorie van de simpelweg foute vertaling van een gebruikt woord lijkt mij ook het meest waarschijnlijk.. Zoiets is ook niet zeldzaam… We weten dat het beroemde sprookje waarin de ‘glazen muiltjes’ opduiken ook berust op een verkeerde vertaling.. De oorspronkelijke franse tekst zou het over ‘bonte’, van ‘bont’ gehad hebben en men zou iets van ‘verre’ (glas) hebben menen te horen…Hoewel ik dat nu ook ineens niet meer zo aannemelijk vind….haha !

    Reply
    • 06 mei 2023 at 08:07
      Permalink

      “Vair” is inderdaad een oud woord voor bont, het wordt nog steeds gebruikt in de heraldiek. Vair en verre klinken hetzelfde, dus het is zeer aannemelijk dat er een gelijkaardige verwarring gebeurde bij Assepoester.

      Reply

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.